Inhoud: dualisme in de raad, droomcommissies, organisatie in beweging, theaterkwartier, cultuurbeleid: samenhang of stenen, "leefbaarheid te koop".
Dualisme in de raad
Weet u al dat er een "bestuurlijke vernieuwing"aan komt? Hieronder, in vogelvlucht, iets over het waarom van die vernieuwing en wat u ervan gaat merken.
De politiek is niet meegegroeid met de veranderende maatschappij, waardoor de belangstelling ervoor afneemt. De regering stelde daarom een commissie in om te onderzoeken hoe het lokale bestuur weer beter zou kunnen aansluiten op de samenleving. Deze commissie Elzinga kwam met diverse aanbevelingen die door kabinet en Tweede kamer zijn overgenomen. Als de senaat er ook mee instemt, krijgt u na de verkiezingen te maken met de volgende veranderingen:
- het college van burgemeester en wethouders (B&W) wordt het bestuur van de gemeente. De gemeenteraad geeft de kaders aan waarbinnen dat bestuur moet werken en gaat vervolgens controleren;
- de raad heeft een onafhankelijke ondersteuning nodig om die taak te kunnen uitvoeren. Daarom komt er een aparte griffie(r) voor de raad;
- als iemand wethouder wordt, is hij of zij geen raads- en fractielid meer, ook kan een wethouder geen voorzitter meer zijn van een raadscommissie.
Op deze manier worden de taken duidelijk gescheiden en moet ook voor de buitenwereld helder zijn wie waarvoor verantwoordelijk is.
De verwachting is dat de verschillende fracties zich veel onafhankelijker gaan opstellen ten opzichte van het bestuur. Dit dualisme moet ervoor zorgen dat het debat in de raad spannender en daardoor voor de burgers interessanter wordt.
Droomcommissies
Bij de behandeling van het voorstel over de dualisering van het gemeentebestuur zeiden alle partijen dat het niet zal meevallen om de bestuurlijke vernieuwing vorm te geven. Veel is nog onduidelijk en dat maakt het best spannend.
Zo zijn de plannen omtrent de invulling van de raadscommissies in de toekomst nog erg vaag. Iedere fractie heeft er een ander beeld bij. Het lijkt ons handig om daarover nu al met elkaar van gedachten te wisselen, zodat we er straks allemaal dezelfde voorstelling van hebben. We moeten er na 6 maart immers meteen mee aan de slag.
Daarom zette René Kortooms tijdens de raadsvergadering ons idee over de nieuwe commissiestructuur uiteen. Volgens ons zal een groep raadsleden zich moeten bezighouden met beleidsevaluatie en controle. Die bekijkt het gevoerde beleid op doeltreffendheid en rechtmatigheid en kan zo nodig een externe rekeningcommissie inschakelen. Daarnaast is moeten raadsleden zich meer richten op de wereld buiten het stadhuis. Vanuit die maatschappelijke context kunnen ze een visie ontwikkelen op een bepaald beleidsterrein. Daarbij worden ze geholpen door deskundigen "uit het veld". Zij zouden bijvoorbeeld kunnen uitzoeken hoe er een cultuurnota kan komen. In een coproductie met betrokkenen brengen zij een praatstuk tot stand dat vervolgens kan worden omgezet in een bestuursopdracht aan het college.
De andere partijen vonden het nog te vroeg voor dergelijke "dromen". Zij zien wel hoe het in de praktijk uitpakt.
Organisatie in beweging
Een ander agendapunt was de aanpassing van de gemeentelijke organisatie aan de moderne tijd. Belangrijk uitgangspunt voor die aanpassing is verbetering van de service aan de burger. Zodat die voor een bouwvergunning, waarbij vaak ook een milieu, sloop en kapvergunning nodig blijken, niet allerlei verschillende afdelingen af hoeft te struinen.
Er is gezocht naar een model dat de organisatie naar de klant brengt in plaats van andersom. Dat model is niet zomaar tot stand gekomen. Het idee ervoor en de vorm ervan zijn in de afgelopen twee jaar gegroeid. De huidige functiegerichte sectoren maken daarin plaats voor procesgerichte eenheden:
- de eenheid publiekszaken voor de burger als individu;
- de eenheid wijkzaken voor de burger als wijkbewoner;
- de eenheid stadszaken voor de burger als stedeling;
- de eenheid concern voor de ondersteunende taken.
Deze nieuwe organisatiestructuur kan de beoogde aanpassing ondersteunen, maar er is ook een cultuuromslag nodig. Dat betekent dat de mensen die bij de gemeente werken op een andere manier moeten gaan denken.
Al deze veranderingen kosten veel geld. Dat wordt uitgegeven aan vervanging van het personeel dat de nieuwe organisatie gaat opzetten (de zaak moet tijdens de"verbouwing" immers blijven draaien), aan opleidingen en aan voorzieningen op het gebied van informatie en communicatietechnologie (ICT).
Wij hebben alle betrokkenen gecomplimenteerd met de manier waarop ze deze reuzenklus inzichtelijk en uitvoerbaar hebben gemaakt. Aan het college hebben we gevraagd om regelmatig pas op de plaats te maken om in de gaten te houden of iedereen de veranderingen kan bijbenen en men zich prettig voelt op de werkplek. Want een betere serviceverlening aan de burger staat of valt met werkplezier.
Theaterkwartier
U heeft vast wel gelezen of gehoord dat Doetinchem heeft gekozen voor de ontwikkeling van een heuse cultuurwijk. Deze wijk, genaamd Theaterkwartier, moet verrijzen rond de schouwburg en op De Veentjes.
Het theater Amphion is aan vervanging toe, want het voldoet niet meer aan de eisen van de ARBO-wet. Als er voor 2007 niet drastisch verbouwd en verbeterd is, moet het zelfs dicht. Dat wil niemand.
Daarom stelde het college enige jaren geleden voor om een aantal onderzoeken te doen die duidelijkheid moesten geven over de volgende zaken:
- de verbouw en nieuwbouwmogelijkheden voor de schouwburg;
- in hoeverre het gebied De Veentjes een face-lift nodig had om een verdere aftakeling te voorkomen;
- de haalbaarheid van het idee om van De Veentjes een bruisend, cultureel hart te maken door er alle culturele voorzieningen naartoe te verhuizen.
De raad ging akkoord omdat het slechts om onderzoek ging. Er was nog geen sprake van besluitvorming. Nu blijkt dus dat onderzoek niet vrijblijvend is. De resultaten ervan wijzen uit dat de oorspronkelijk gehoopte clustering van culturele voorzieningen maar voor een deel haalbaar is. Toch houdt men vast aan het concept Theaterkwartier.
Cultuurbeleid: samenhang of stenen
Wat ons in feite opbreekt is het feit dat er in Doetinchem nog geen cultuurbeleid is geformuleerd. Er is geen cultuurnota met richtlijnen waaraan de plannen kunnen worden getoetst.
Het college en de overige raadsfracties willen eerst stenen stapelen, daarna komt dat cultuurbeleid vanzelf op gang. Wij zien het anders. Wij denken dat de verschillende culturele instellingen eerst moeten bekijken hoe ze met elkaar kunnen samenwerken en wat daarvoor nodig is. Daarna komt pas de vraag hoe dat allemaal in een gebouw past en welke plek daarvoor het meest geschikt is. Door het onderzoek worden we echter gedwongen in locatie en gebouwen te denken en niet in de samenhang tussen de diverse culturele voorzieningen.
Tijdens de raadsbehandeling hebben we aangegeven dat een Theaterkwartier met alleen Amphion en een uitgebreide bibliotheek annex stadspaviljoen te weinig zal bruisen om het hele gebied op te waarderen. We probeerden daarom door middel van een amendement Amphion los te koppelen van de rest van het voorstel. We ondervonden weinig steun. De winst was dat helder werd dat er helemaal niet te kiezen was tussen de nieuwbouw van Amphion en/of de ontwikkeling van het Theaterkwartier. Die keuze was al gemaakt. Zij het dat de financiering nog als ontbindende voorwaarde is opgenomen.
"Leefbaarheid te koop"
Onder die kop haalde Doetinchem het Zaterdags Bijvoegsel van NRC Handelsblad. Het artikel gaat over wegkwijnende winkelcentra in Nederland en wat de gevolgen van die leegloop zijn voor de leefbaarheid in een wijk.
Een van de voorbeelden is het winkelcentrum Overstegen. Zes van de elf winkels staan leeg. De winkeliers die er nog zitten, weten niet hoe lang ze het nog volhouden. Klanten gaan voor een paar eurocenten prijsverschil naar zaken in de stad. De Rabobank en het postagentschap zijn weg. Bovendien is het winkelcentrum al voor de derde keer van eigenaar veranderd. Geen beeld om vrolijk van te worden. En het citaat dat opgetekend is uit de mond van onze wethouder financiën stemt ronduit moedeloos. Zij zegt: "Als een projectontwikkelaar geen brood ziet in een winkelcentrum, dan verkoopt hij. Daar kun je je als overheid niet mee bemoeien".
Als je vindt dat het geen taak van de overheid is om het wegkwijnen van winkelcentra te voorkomen, zit daar iets in. Maar tegelijkertijd is het zo dat een winkelcentrum, behalve een economische, ook een sociale functie heeft in een wijk. Wanneer een winkelcentrum de kans krijgt te verloederen, verlies het die sociale functie. Het is de vraag of een lokale overheid zich dat kan permitteren. Op het ogenblik wordt er, terecht, veel energie gestoken in het Wijkplan Oosseld. Moeten we als gemeente afwachten totdat over een x aantal jaar een Wijkplan Overstegen nodig wordt of kunnen we eerder iets doen?
Wij denken dat wijkgericht werken hier een sleutelrol kan vervullen. Breng voorzieningen als een wijkontmoetingspunt of wijkpost onder in een van de leegstaande winkels. Verplaats de Daele erheen. Zet er bankjes neer, maak er een speelplek, zorg dat het er wat gezelliger uitziet allemaal. Op die manier kan een gemeente laten zien dat de leefbaarheid in de wijk haar wat waard is en volgen instellingen en ondernemers vanzelf.